4.1 Gezonde werkcultuur
Werkgever, medewerker en medezeggenschap hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan een gezonde werkcultuur. Afspraken rondom werkoverleg, gezond roosteren en gebruik van telefoon en social media in onderling overleg dragen bij aan duurzame inzetbaarheid en het voorkomen van werkdruk of verzuim van medewerkers.
- De medezeggenschap heeft een bevorderende rol voor een gezonde werkcultuur op basis van artikel 28 van de WOR.
- De werkgever legt ter instemming aan de medezeggenschap voor:
a. Plan voor inclusief personeelsbeleid.
De werkgever maakt met instemming van de medezeggenschap een plan voor een inclusief personeelsbeleid. Dit plan moet zorgen voor gelijke kansen en gelijke behandeling voor sollicitanten en medewerkers. Ongeacht hun etnische achtergrond, sekse of genderidentiteit, leeftijd, geloof, huidskleur, seksuele voorkeur, cultuur of handicap.
b. Gedragscode voor het voorkomen en tegengaan van agressie, racisme, seksuele intimidatie en discriminatie op basis van leeftijd. De gedragscode heeft ook als doel dat iedereen elkaars levensbeschouwelijke opvattingen respecteert.
c. Het arbeidsomstandighedenbeleid met behulp van de maatregelen en instrumenten uit de Arbocatalogus Kinderopvang. Deze staat op www.kinderopvang-werkt.nl.*
d. Plan voor een werkdrukmeting
De werkgever voert minimaal eenmaal per twee jaar een werkdrukmeting in de organisatie uit. De werkgever gaat samen met de medezeggenschap aan de slag met de uitkomsten van deze meting. - Menstruatie en menopauze
Vaak heerst er nog een taboe over klachten door menstruatie en menopauze. Maar onderzoek wijst uit dat beperkingen die een medewerker ervaart als gevolg van klachten door menstruatie of menopauze (overgang) van invloed kunnen zijn op de inzetbaarheid op het werk. Deze beperkingen leiden regelmatig tot verzuim.
Cao-partijen vinden het van belang om dit taboe te doorbreken. En dat hierover het goede gesprek gevoerd wordt tussen werkgever en medewerker. Zodat de medewerker duurzaam inzetbaar blijft en verzuim voorkomen wordt. Daarvoor gelden onderstaande afspraken. Deze afspraken gaan uit van het goede gesprek**, wederzijds vertrouwen en de mogelijkheid om het rooster aan te laten sluiten bij de inzetbaarheid van de medewerker.a. Inzetbaarheid rondom menstruatie en menopauze
Ervaart de medewerker klachten door haar menstruatie of menopauze die van invloed zijn op haar inzetbaarheid op de werkvloer? Dan kan zij aan de werkgever een maatwerkoplossing vragen voor haar inzetbaarheid. Vanwege medische privacy hoeft de medewerker alleen te melden dat zij hiervan gebruik wil maken. Daarna maken de werkgever en medewerker maatwerkafspraken om te zorgen dat de medewerker haar contracturen kan werken. En dat er tegelijkertijd rekening wordt gehouden met de beperkingen die zij ervaart door haar menstruatie.
b. Gratis menstruatieproducten
Onderzoek toont aan dat er ook in Nederland sprake is van menstruatie-armoede. Het niet geheel of maar voor een deel kunnen betalen van menstruatieproducten door medewerkers. Cao-partijen roepen werkgevers daarom op om gratis menstruatieproducten beschikbaar te stellen op de werkvloer.
* Heeft de werkgever doorgaans maximaal 25 medewerkers? Bij gebruik van de Risicomonitor van de (digitale) RI&E Kinderopvang hoeft een arbodienst of deskundige de RI&E van de werkgever niet te controleren.
** Cao-partijen werken momenteel aan informatiemateriaalI. Informatie over het voeren van het goede gesprek is te vinden op de website www.kinderopvang-werkt.nl.