Het jonge kind

Inhoud van de minor

Je doet onderzoek in de praktijk van de basisschool. Je volgt, je observeert en registreert de ontwikkeling van jonge kinderen in de onderbouw. Daarbij houd je rekening met de variabiliteit van de normale ontwikkeling. Je ontwerpt een beredeneerd aanbod voor twee kinderen dat aansluit bij de verschillende fases van ontwikkeling. Randvoorwaarden voor je ontwerp zijn een krachtige speel- leeromgeving en je beoordeelt het aanbod in relatie met doelen. Je voert je ontwerp uit in de praktijk en tegelijkertijd onderzoek je het effect. Het doel is altijd om de brede ontwikkeling van het jonge kind te ondersteunen en te stimuleren. 

In deze minor doe je kennis op van de pedagogiek, ontwikkelingspsychologie en algemene didactiek van het jonge kind en krijg je inzicht in de holistische ontwikkeling en concrete denkstrategieën van het jonge kind. Drie hoofdonderwerpen van het lectoraat Early Childhood komen uitgebreid aan bod: de sociaal-emotionele ontwikkeling, taalontwikkeling en reken-wiskundige oriëntatie. Ook is er aandacht voor het belang van het pedagogisch en didactisch klimaat en de dienovereenkomstig te scheppen rijke speel- leeromgeving (STEAM). Met de studiereis naar Vives hogeschool in Brugge wordt kennis gemaakt met het onderwijsaanbod van onze zuiderburen. Je onderzoekt aldaar het “rijke milieu” in de Vlaamse kleuterschool.  

Deze minor wordt aangeboden door de opleiding tot leraar basisonderwijs. 

Leerdoelen

Opzet van de minor

In 10 bijeenkomsten volg je colleges en neem je actief deel aan intervisie. Je besteedt wekelijks 40 uur aan de minor. Je loopt minimaal een dag in de week stage. In de stageschool voer je opdrachten uit en je doet er praktijkonderzoek. Je werkt aan je competentieontwikkeling in je portfolio. Je observeert kinderen en legt de verkregen gegevens vast en legt daarmee de basis voor het pedagogisch handelen in een groep. Je kunt kinderen begeleiden en je reikt hen een veelzijdig aanbod aan. Je verantwoordt je richting het kind, de ouders, jezelf en collega’s. Je verdiept je in de manier waarop de leerkracht van groep 1 t/m 4 het onderwijsaanbod organiseert, zodat je zorg kunt dragen voor de doorgaande lijn in de ontwikkeling van het jonge kind.   

Je werkt aan het schrijven van een portfolio, een groeimap en een themamap. In je portfolio houd je een logboek bij met je reflecties en evaluaties van de colleges en van de praktijk. In de groeimap beschrijf je het beredeneerd aanbod dat je ontwikkelt en uitvoert voor twee kinderen vanuit hun specifieke onderwijsbehoeften. Je presenteert deze groeimap op je stageschool. Je werkt in een leerteam de onderzoekscyclus uit aan de hand van een aangeboden thema. Je onderzoekt welke didactiek passend is bij het gekozen thema en ontwerpt vanuit het thema een onderwijsarrangement. In een bijeenkomst presenteer je samen met medestudenten de tussentijdse resultaten. De studentengroep organiseert een afsluitend symposium waar van elk thematisch onderwijsarrangement het eindresultaat gepresenteerd wordt.